Benedictine

  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn
  • Google plus
  • Addthis
Vaten

Geschiedenis van Benedictine

Voor het ontstaan van de Benedictine gaan we terug tot aan de Renaissance toen een Venetiaanse monnik van de Abdij van Fécamp, Dom Bernardo Vincelli, een drank creëerde van 27 verschillende planten en kruiden die waren verzameld uit alle windstreken. Deze drank werd gedronken aan het hof van de Franse koning Frans de Eerste waardoor de drank aan populariteit won. Door deze populariteit zijn Benedictijner monniken deze drank gaan maken tot ongeveer het einde van de 18e eeuw.
Tijdens de verwarring van de Franse revolutie in de 19e eeuw was het recept voor de kruidendrank bijna verloren gaat. In 1791 werd het een 16e eeuw manuscript van recept gekocht door een Door de verwarring en chaos tijdens de Franse Revolutie was het recept voor Benedictine bijna verloren geraakt. In 1791 kocht een zeekapitein uit Fécamp een 16e-eeuws manuscript met het recept voor het elixer. Het manuscript kwam in zijn bibliotheek terecht, waar Alexandre le Grand (een handelaar en nakomeling van de zeekapitein) in 1863 het recept bij toeval terugvond. Het lukte hem om het recept te ontcijferen en de likeur opnieuw te maken. Hij moderniseerde het recept en noemde het Benedictine.

Ingrediënten van Benedictine

Benedictine is een alcoholische kruidendrank met een alcoholpercentage van 40%, uit de Franse kustplaats Fécamp, gelegen in Normandië.
De gebruikte kruiden voor de productie van Benedictine zijn onder andere: engelwortel, hysop, jeneverbes, mirre, saffraan, aloe, valkruid, thee, tijm, koriander, kruidnagel, citroen, kaneel, honing en nog meer. Deze kruiden geven Benedictine zijn speciale smaak en aroma. De totale lijst van kruiden is fabrieksgeheim. Door het productieproces en de bereidingswijze is Benedictine, volgens zichzelf, van constante kwaliteit.

Productie van Benedictine

Voor de productie van Benedictine worden eigenlijk 4 verschillende destillaten gemaakt waarvan de exacte inhoud door de brouwer zorgvuldig geheim gehouden wordt. Elke destillaat ondergaat het destillatieproces een of twee maal. Deze destillatieprocessen gebeuren in grote koperen destillatieketels. Na dit proces worden de vier afzonderlijke destillaten gehuwd in grote, eikenhouten, vaten waar ze 8 maanden in blijven.
Na dit proces wordt een mix van honing en saffraan toegevoegd aan de drank. Dit geeft uiteraard nog wat extra smaak maar zorgt vooral voor de amberkleur van de uiteindelijke Benedictine. Deze uiteindelijke blend wordt nu tweemaal verhit tot 55 graden Celsius om ervoor te zorgen dat ook nde laatste toevoegingen goed gehuwd worden en het eindresultaat qua smaak goed geharmoniseerd is. Na dit proces wordt de Benedictine nog voor 4 maanden gerijpt in eiken vaten. Als laatste wordt de Benedictine dan gefilterd en gebotteld.